Omarmen van angst binnen supervisie en coaching
It would feel to be free
I wish I could break
All the chains holdin’ me
In de documentaire: What Happened, Miss Simone? (Garbus, Hobby, Jackson & Wilkes, 2015). Begint Nina Simone met te zeggen: voor mij is vrijheid de afwezigheid van angst. Oude filosoof Kierkegaard (1844) laat dan al weten: Angst te leren kennen is een avontuur dat ieder mens beleefd moet hebben. Anders dreigt hij verloren te gaan door nooit angst gekend te hebben, of door in de angst weg te zinken. Wie dan ook op de juiste manier geleerd heeft wat angst is, heeft het hoogste geleerd (Kierkegaard & Hannay, 2015). Beide zouden gelijk kunnen hebben en wanneer je het samenvoegt zou je kunnen zeggen: door angst toe te laten, verdwijnt de angst waardoor er vrijheid ontstaat.
Hoe kunnen we onze interne belemmeringen die veroorzaakt worden door ons diepgewortelde angst voor afwijzing- die we blijkbaar allemaal ervaren- bespreekbaar en betekenisvol maken binnen supervisie en coaching en wat is daarvoor nodig? In deze blog gaat het over wat nodig is om angst bespreekbaar te maken binnen supervisie en coaching. Daar is ten eerste openheid van de begeleidingskundige voor nodig. Wanneer we angst bespreekbaar willen maken is het functioneel inzetten van onze eigen angsten daar een onderdeel van. Ten tweede is het delen van ervaringen daarvoor nodig. Dit levert herkenning, erkenning verbinding op. Ten slotte is het nodig om gewaar te zijn van onze negatieve gedachten en overtuigingen die we over onszelf hebben en welke strategieën we toepassen uit zelfbescherming. Het betekenisvol maken van onze angst binnen supervisie en coaching kan gedaan worden door het toepassen van methoden zoals: narratieve benadering en schaduwwerk, die in deze blog nader worden toegelicht. Uiteindelijk gaat het om het omarmen van angst. Waarbij we angst niet meer langer zien als een verschrikkelijke en ondragelijke emotie, maar dat we erbij stilstaan, nieuwsgierig worden en het gevoel toelaten.
Openheid
Ervaringen van begeleidingskundigen waarbij angst voor afwijzing een grote rol speelt en inzicht in het eigen proces met wat daarin als bevorderend en belemmerend is geweest, is een bron van kennis voor het functioneel inzetten van eigen ervaringen. Open zijn over je eigen negatief geloof en belemmerende gedachten gaat niet altijd even gemakkelijk en gaat vaak gepaard met onzekerheid en twijfel. Wat wil ik precies zeggen en wat is het doel wat ik ermee wil bereiken? Zal er daarna anders naar mij worden gekeken? Ben ik dan nog wel professioneel genoeg? (Kruit, 2021). Terwijl juist in supervisie en coaching het gaat om het ontmoeten van elkaar, met ieder een eigen geschiedenis en een eigen levensverhaal met goede en slechte momenten. Het is zeer waarschijnlijk dat deze verhalen elkaar soms raken en dat momenten van crisis en groei overeenkomen op bepaalde punten (Van Meekeren, 2017). Is het dan niet logisch dat begeleidingskundigen hun eigen ervaringen inzetten om anderen te ondersteunen? Hoe ver mag openheid gaan en wanneer is het functioneel voor de ander?
Jezelf laten zien is een middel om meer gelijkwaardigheid te creëren. Onder invloed van onder andere psycholoog Rogers kwam het thema echtheid meer naar voren, waarbij hij echtheid (authenticiteit) als de meest belangrijkste grondhouding zag, naast empathie en onvoorwaardelijke positieve aanvaarding. Het betekent dat je jezelf bent, geen façade opbouwt, je de ander benadert van mens tot mens, je eerlijk en betrouwbaar handelt. Het inzetten van eigen ervaringen moeten aansluiten bij de beleving van de ander: passend bij een relevant onderwerp in een wederzijdse dialoog met als doel dat het voor de supervisant of coachee iets oplevert (Van Meekeren, 2017). De focus moet blijven op de ander. Het moet dus niet gaan over thema’s die je nog niet verwerkt hebt of die nog te gevoelig liggen, waardoor de aandacht naar jou verlegd wordt. Het is dan wijselijk om in zo’n geval te zwijgen. Juist doordat het inzetten van je eigen ervaringen vaak wordt onthouden, doordat ze niet vaak voorkomen, dient het inzetten van eigen ervaringen functioneel te zijn.
Het delen van ervaringen
Angst houdt zich vaak verborgen voor anderen in ons innerlijk. Er is moed en kracht voor nodig om ze te durven delen met anderen. Ervaringen delen met anderen heeft meerdere functies: je deelt je verhaal met anderen, je luistert naar de ervaringen van anderen, er is sprake van herkenning en erkenning en je reflecteert samen met anderen op de ervaring. Bij het delen van soortgelijke angsten – waarbij het uiteindelijk altijd weer gaat om de angst voor afwijzing- ontstaat er het gevoel van begrepen te worden, merken dat je niet alleen bent met deze angst, er mogen zijn met de angst, begrip en respect. Dit zorgt voor verbinding met de ander en met jezelf. Herkenning in anderen hun ervaringsverhaal kan ook gelden voor onderdelen van het verhaal. Door elkaar vragen te stellen over de ervaringen, te analyseren, helpen te ordenen, samenhang te zien en onderdelen eruit te halen die van belang zijn ontwikkel je ervaringskennis (Kruit, 2021).
Gewaarzijn
In het hier- en-nu kunnen we gewaarzijn van onze gedachten en gevoelens wanneer we angst ervaren, zonder er iets mee te doen. Hierbij wordt alles wat er in de ervaring opkomt gelaten zoals het is, zonder dat de denkende geest ermee aan de haal gaat, er iets ingewikkelds van maakt, veroordeelt, zonder iets te willen hebben of iets af te wijzen. Zolang je met je gedachten identificeert wordt je door je ego geleefd. Door te luisteren naar je stem in je hoofd en vooral aandacht te besteden aan het negatief geloof over jezelf en de herhalende gedachtenpatronen, komt het besef dat daar de stem is en hier ik ben die ernaar luistert en naar kijkt. Dat besef van ik ben, dat is geen gedachte. Dat is het besef van gewaarzijn. Door belemmerende gedachten er te laten zijn, hebben ze minder grip op ons. Het erkennen van angst, door het waar te nemen, er met aandacht naar toe te gaan en er helemaal bij aanwezig te zijn, zonder oordeel en met compassie. Daarmee wordt de band tussen angst en denken doorgesneden. Door aanwezig zijn in het hier-en-nu met ruim gewaarzijn van zichzelf, de omgeving en de verbinding tussen alles wat is, wordt de staat van bewustzijn verruimd. Door volledig aandacht te geven aan het hier-en-nu betekent dat je volkomen aanvaardt wat er is, ervaar je vreugde, liefde, ruimte, lichtheid en een gevoel van verbinding (Geurtz, 2019; Tolle, 2021).
In supervisie en coaching kan geoefend worden met gewaarzijn om zicht te krijgen op de belemmerende gedachten en gevoelens veroorzaakt door angst. Door thuis te oefenen met gewaarzijn kan het verschil tussen het alledaagse manier van zijn en iets de volledige aandacht geven in het hier-en- nu worden opgemerkt. Er kan dan geleerd worden niet meer te handelen vanuit een beschermingsmechanisme, maar te handelen vanuit ruimere bewustzijn door aanwezig te zijn in het hier-en-nu. Hierdoor kan de identificatie met oude opvattingen over het zelfbeeld worden losgelaten en kan men zichzelf anders ervaren.
Narratieve benadering
Het is gemakkelijk om je te laten meeslepen door een overweldigend gevoel en je gedachten. Het helpt daarom volgens Katie (2021) om te bedenken dat elk gevoel van stress een alarmklok is die zegt dat je gevangen zit. Angst een geschenk die zegt dat je goed naar jezelf moet kijken en dat je in een verhaal leeft dat niet waar is. We proberen meestal het gevoel te veranderen en te manipuleren door buiten onszelf te reiken. Meestal zijn we eerder bewust van lichamelijke ongemak dan van de gedachte. Vandaar dat het gevoel een alarmklok is die zegt dat er een onware gedachte is die onderzocht moet worden. Want als we ons eenmaal bewust zijn van onze neigingen om verhalen te vertellen, kunnen we dit in ons voordeel gebruiken. De verhalen die we onszelf vertellen geven inzicht in ons onderbewustzijn: onze angsten, verlangens en ambities. Als we nadenken over deze verhalen, kunnen we meer over onszelf te weten komen – wat onze waarden zijn, wat we als zinvol en belangrijk beschouwen. Door onze verhalen te onderzoeken kunnen we nieuwe verhalen creëren. Bewust zijn van de verhalen die we onszelf vertellen, voorkomt dat we vast komen te zitten in dezelfde gedrags- en denkpatronen.
Verhalen van supervisanten en coachees zijn uitgangspunt in de begeleiding. De inbreng zijn verhalen hoe we situaties ervaren hebben. We construeren onze eigen verhalen en daarmee onze eigen werkelijkheid. De verhalen zijn een subjectieve beleving, die weer gebaseerd zijn op onderliggende waarden, normen en idealen. De verhalen kunnen we ook beschouwen als narratieven (Banning & Banning-Mul, 2005). Zij beschrijven dat narratieve benadering uitgaat van een meervoudige perspectief op de eigen levens- en ervaringsverhalen van mensen. Verhalen kunnen ontrafeld worden en breuken en inconsistenties in die verhalen kunnen worden opgespoord, ter verdieping van de professionaliteit.
Narratieve leerprocessen kunnen onder allerlei verschillende lagen een verrijkende betekenis geven. Door supervisanten en coachees uit te nodigen via deconstructie en reconstructie hun verhaal opnieuw te bewerken. Via taal geeft de mens uiting aan zijn interpretaties. Taal is dan ook een belangrijk onderdeel en instrument bij de narratieve benadering. Wat zeggen mensen over zichzelf en over de situatie? Wat wordt wel gezegd en wat wordt niet gezegd? Wat wordt in en uitgesloten in de taal? Welke tegenstrijdige betekenisgevingen of inconsistenties doen zich voor? Door het vertellen van verhalen kunnen supervisanten en coachees verbindingen leggen tussen heden, verleden, zichzelf en de samenleving. Waardoor nieuwe verhalen met nieuwe betekenisgeving kunnen ontstaan (Banning-Mul, 2005).
Schaduwwerk
Schaduwwerk gaat over bewust worden en erkennen van de kanten van jezelf die je liever niet laat zien. We hebben gedachten en we veroordelen die gedachten. We hebben vaak niet door hoe die oordelen over onze gedachten bepalend zijn voor ons zelfbeeld. Verlangens die we stiekem hebben en die niet durven te delen uit angst om afgewezen te worden en daarom wijzen we onszelf af. Destructieve gedachten en patronen die we hebben en waarvan we liever niet willen dat anderen die weten. We stoppen dit allemaal weg in onze schaduw.
Je schaduw is dat deel van jezelf dat je niet (goed) kent. De dingen waarvoor je schaamt, als zonde ziet of eigenlijk niet van jezelf accepteert. Iedereen heeft een schaduw, die zich in de jeugd begint te ontwikkelen als gevolg van het wegstoppen van negatieve gevoelens om goedkeuring en liefde van anderen te krijgen. Het negatief geloof over onszelf zit verborgen in onze schaduw. Alles wat we proberen te verstoppen, waarvoor we weerstand tegen voelen zit veel energie, kracht en betekenisvolle levenslessen. Wat in onze schaduw ligt, lijkt zowel bepaald door cultuur, opvoeding als door persoonlijke omstandigheden. Het concept van de menselijke schaduw komt van de Carl Jung. Hij beschrijft het als volgt:
Iedereen draagt een schaduw en hoe minder hij is belichaamd in het bewuste leven van het individu, des te zwarter en dichter hij is.
In supervisie en coaching kan geleerd worden om de confrontatie met zichzelf aan te gaan. Supervisanten en coachees kunnen leren het zichtbaar maken van dingen die ze bewust of onbewust hebben weggestopt door gedragen en gewoontes in hun leven te onderzoeken. Wat raakt ze of staat ze juist tegen? Waar schamen ze zich voor of voelen ze ongemak bij? Door gewaar te zijn en te onderzoeken, kunnen patronen worden herkend. Supervisanten en coachees gaan dan als het ware met hun innerlijke in gesprek waardoor er bestaansruimte wordt gegeven aan de weggestopte onzekerheden, angsten, krachten en talenten van zichzelf en kunnen die worden geïntegreerd in hun zelfbeeld.
Omarmen van angst
Daar waar het allemaal begon. Een ervaring waarbij ik angst voelde en die wegstopte. Het gevoel van onbehagen, bezorgdheid, nervositeit, vrees, spanning en zorgen. De angst om te mislukken, de angst het niet goed te doen. Uiteindelijke de angst voor afwijzing. Het verhaal dat ik mezelf vertel dat ik het niet goed heb gedaan en uit bescherming mezelf geruststellen door het te gaan bagatelliseren. In de hoop dat de angst hiermee weggaat, maar die gaat niet weg. De angst wordt hierdoor alleen maar gesust en daarmee weggestopt.
Het diepgewortelde negatief zelfbeeld dat we van onszelf hebben. Er ontstaat een illusie van te kort schieten. Door onze constante stroom van denken blijven we in angst. De stem geeft commentaar, beoordeelt, vergelijkt, klaagt, speculeert, vindt iets wel of niet leuk et cetera. Het gaat vaak over dat we bang zijn dat er iets misgaat en bedenken een scenario over wat we denken wat zal gebeuren. We klampen ons vast aan onze overtuiging en aan de verhalen die we ons zelf vertellen. Wanneer we onze angsten omarmen dan beschouwen we angst niet meer langer als een verschrikkelijke en ondragelijke emotie. We kunnen erbij stilstaan, nieuwsgierig worden en het gevoel van angst toelaten.
We hebben onze standaardverhalen die we ons keer op keer aan onszelf vertellen. In mijn geval: ik ben niet goed genoeg – verhaal. Wanneer een situatie zich voor doet en in dit geval een reflectie op de supervisie die is afgerond waarover ik onzeker ben wat de student van mij vindt, dan is dát de angst die mij overmant en die ik bedek met bagatelliseren: de angst niet te voldoen aan het beeld van de perfecte supervisor. Terwijl ik razendsnel de mail open en op zoek ga naar mijn naam voor het opsporen van ontevredenheden over mij, vechtend tegen de pijn van het gevoel dat ik door de mand val, dan zou dát het moment zijn om niets te doen. Niet verder te lezen, maar gewoon ademhalen, het gevoel toelaten en verdragen. Het gevoel verduren en uitzitten door mezelf niet te verstoppen en niet gerust te stellen met allerlei bagatelliserende gedachten. Wachten tot ik de grond weer onder mijn voeten heb. In het midden van al die angst en schaamte is omarmen onze reddingsboei. De veroordelende gedachten even parkeren. Omarmen is het vermogen om milder te worden voor onze kwetsbaarheden en onvolkomenheden. Daarvoor moeten we de onplezierige gevoelens van angst en schaamte wel toestaan. Wat inhoudt: onszelf vertellen dat het mag, dat gevoel van niet goed genoeg zijn. Zonder dat we ervan willen komen. Het geeft ons de kans om de dingen die boven komen drijven te integreren in je zelfbeeld. Wanneer we authentiek willen zijn in supervisie en coaching en daarbij contact willen maken van mens tot mens, dan moeten we dus ook plaats maken voor angst. Door het te omarmen accepteren we dat we menselijk zijn en dat we vele malen in ons leven angst zullen voelen. Door het omarmen van dat gevoel zetten we stappen naar acceptatie en ook naar actie. Want wat is waar in het verhaal dat we voor onszelf vertellen? Wat hebben er zelf van gemaakt? Dat kan onderzocht worden en nieuwe – betekenisvolle – verhalen kunnen gemaakt worden.
Vragen om bij stil te staan?
1. Wanneer voel jij je vrij? – wat betekent vrijheid voor jou?
2. Waarover ben jij al open in je werk en waarover zou je meer openheid willen geven?
3. Waarvoor ben jij bang? – wat is jouw diepgewortelde angst?
4. Welk verhaal vertel jij jezelf over die angst?
5. Op welke wijze zou jij je angst willen omarmen?
Literatuur:
- Banning, H. & Banning-Mul, M. (2005). Narratieve Begeleidingskunde. Soest: Nelissen
- Geurtz, J. (2019). Verslaafd aan liefde. De weg naar zelfacceptatie en geluk in relaties. Amsterdam: Ambo Anthos.
- Katie, B. (2021). Vier vragen die je leven veranderen. Amsterdam: Meulenhoff Boerkerij.
- Kruit, L. (2021). Inzet van eigen ervaringen bij sociaal werk. Groningen: Noordhoff.
- Meekeren, E. van (red.) (2017) Zelfonthulling. Openheid van professionals in de GGZ. Amsterdam: Boom.
- Tolle, E. (2021). De kracht van het NU. Gids voor een bewust en gelukkig leven. Deventer: AnkhHermes.
Dit was het laatste deel van deze serie over het omarmen van angst. Nieuwe blogs over andere onderwerpen komen er aan.
Meld je aan voor de inspiratiemail, zodat je op de hoogte blijft van blogs en andere dingen die je kunnen inspireren.